Bij het lied van Jan Wit op de achterzijde schreef de kerkmusicus Martijn Borsje bij een aantal regels die hem in dit gedicht aanspreken o.a. het volgende:

 

De aarde is des Heeren

 

Aan U behoort, o Heer’ der heren,
de aarde met haar wel en wee,
de steile bergen, koele meren,
het vaste land, de onzekere zee.
Van U getuigen dag en nacht.
Gij hebt ze heerlijk voortgebracht.

Gij roept het jonge leven wakker,
een tuin bloeit rond het open graf.
Er ruisen halmen op de akker
waar zich het zaad verloren gaf.
En vele korrels vormen saam
een kostbaar brood in Uwe naam.

Gij hebt de bloemen op de velden
met koninklijke pracht bekleed.
De zorgeloze vogels melden
dat Gij Uw schepping niet vergeet.
’t Is alles een gelijkenis
van meer dan aards geheimenis.
 
Laat dan mijn hart U toebehoren
en laat mij door de wereld gaan
met open ogen, open oren
om al Uw tekens te verstaan.
Dan is het aardse leven goed,
omdat de hemel mij begroet.

 

Jan Wit (1914 – 1980)

 

En tuin bloeit rond het open graf

‘Jan Wit verwijst hier naar het graf van Jezus. De bloemen rond het graf maken duidelijk dat het leven dicht bij de dood is. Dat het graf open is duidt op de opstanding. Het is een krachtig beeld dat ook rauwe kanten heeft. Dat mag je als lieddichter ook best verwoorden, vind ik. Want God zegt ook waar het op staat. Wat je in de kerk zingt, hoeft niet altijd vrolijk te zijn. Als je ziet hoeveel elementen in dit lied naar voren komen, heeft dat voor mij een grote waarde. Teksten die gaan over de dood of het graf mogen ook gezongen worden. De dood heeft niet het laatste woord.’

De zorgeloze vogels melden dat Gij de schepping niet vergeet

‘Hoe klein een vogeltje ook is: God ziet ernaar om. Ik zie hierin ook een verwijzing naar Mattheüs 6, waarin Jezus zegt: wees niet bezorgd! We hebben een grote God die ook voor kleine vogeltjes wil zorgen. Hij zorgt voor hen en dus ook voor ons. Dat geeft je een veilig gevoel. Een lied als dit kan je bemoedigen en uitzicht geven.’

Met open ogen, open oren

‘Ik vind het bijzonder dat de dichter van dit lied zelf blind was. Terwijl hij in veel liedteksten juist verwijst naar ‘licht’ en naar ‘zien’. Mij leert deze zin dat het nodig is om naar God te blijven luisteren. ‘Om al Uw tekens te verstaan’. Zelf kijk ik dan eerst naar de schepping. Open ogen en open oren helpen echter ook in de omgang met elkaar. Goed naar elkaar luisteren, respectvol met elkaar omgaan. Als christen ben je niet alleen met jezelf bezig. God draagt ons op om in liefde met elkaar om te gaan.’

Omdat de hemel mij begroet

‘Bij die laatste zin past een andere manier van begeleiden: brede akkoorden, majeure klanken en hoge tonen. Het zijn elementen vanuit het donker naar het licht. De muziek tilt je als het ware op. Op zo’n moment kun je soms een glimp van de hemel zien. Niet voor niets staat in Psalm 22 dat God troont op de lofzangen van Zijn volk.’

 

Uit: Petrus, magazine van de Protestantse Kerk